Lustrum Website !
Speciaal voor het 50 jarig jubileum is de website 50 jaar MSCCH in het leven geroepen.
DE HISTORIE VAN DE DRIEWIELERS
Deze geschiedenis begint met de voorgangers van onze hedendaagse vierwielers: de Morgan driewieler. Totaal zijn er vanaf 1910 tot en met 1952 ca. 40.000 Morgan driewielers gemaakt.
De eerste Morgan ooit gemaakt was een prototype in 1909 met een 7 pk luchtgekoelde V-twin Peugeotmotor.
Twee éénzitters werden in 1910 tentoongesteld op de Olympia Motor Cycle Show: één met een 8 pk tweecilinder J.A.P.-motor (J.A. Prestwich and Co. Ltd.) en één met een 4 pk ééncilinder J.A.P.-motor.
Morgan kwam in 1912 uit met een nieuw ontwerp voorzien van een nieuw chassis en een tweezitter carrosserie. Diverse modellen werden in dat jaar tentoongesteld op Olympia Motor Cycle Show.
In 1912 werd Morgan een Openbare Vennootschap en tijdens de volgende jaren behaalde Morgan met succes talrijke gouden medailles, hoge waarderingen en trofeeën bij bergritten, trials en races. Morgans werden geadverteerd als de “snelste driewielers ter wereld”.
De successen bleven doorgaan. De verkoopcijfers bereikten in 1914 een hoogtepunt. De Eerste Wereldoorlog bracht met zich mee dat de fabriek deels werd ingezet voor de productie van munitie. Maar direct na de oorlog lukte het de productie weer volledig op gang te krijgen en kon Morgan veel auto’s in de naoorlogse stormloop verkopen. Men slaagde erin dit te doen, terwijl aan het eind van de oorlog door het gebrek aan materialen, de meeste fabrikanten bijna een jaar niet konden overschakelen op volledige productie. Deze twee jaren na deze oorlog waren gouden tijden voor Morgan.
Tegen het eind van de twintiger jaren en tijdens de jaren dertig was het de economische depressie waarin Engeland (en een aantal andere landen) zich bevond, de verhoging van de wegenbelasting, het gebrek aan comfort en de kosten die Morgan er toe dwongen naast de driewielers ook vierwielers te gaan fabriceren. Men was bang dat de mensen de driewielers alleen nog als buitenissig zouden gaan beschouwen. Aan de andere kant was het de vasthoudendheid van de fabrikant en het onafgebroken succes van de afgelopen jaren die er toe leidden dat het roer niet helemaal om ging.
Van Blackburne (Burney Blackburne Ltd.) werden met veel succes de motoren gebruikt van het type KMA, KMB (racemotor) and KMC (sportmotor). Ook bekend zijn de Anzani motoren voor deze driewielers. Alessandro Anzani (1879-1956) was een constructeur en wegrenner uit Milaan. Hij was een pionier zowel op het gebied van automobielen, motorfietsen als vliegtuigen.
In 1935 maakte Morgan de F-serie Morgans met 8 pk en 10 pk Ford motoren, die tot de dag van vandaag nog als de meest betrouwbare driewielers worden gezien. Morgan bleef de productie hiervan volhouden tot 29 juli 1952.
Standard Model
Gebouwd van 1911 – 1915 en van 1921 – 1928
Het was het goedkoopste model van alle Morgans.
De Luxe Model
Gebouwd van 1912 – 1931
De luxe uitvoering van het standaard model.
Grand Prix
Gebouwd van 1913 – 1926
Sporting
Gebouwd van 1913-1921.
De carrosserie van de Sporting had geen deuren vanwege de stevigheid, lichter gewicht, meer snelheid en een sportievere uitstraling
Family Model (1930)
Gebouwd van 1915-1937. Dit vierzittermodel werd in 1917 gelanceerd en zou plaats bieden aan twee volwassenen en drie kinderen. Het model is door de jaren heen diverse malen aangepast. Er was ook een tweezitter uitvoering (Sports Family) met een kofferbak.
Aero
Gebouwd van 1920-1933. Dit was het eerste in groten getale geproduceerde sportieve Morgan model, dat zowel met J.A.P., Blackburne als Anzani motoren werd geleverd. Er was ook een vierzitter versie van.
Delivery Van (ca. 1929)
Gebouwd tussen 1928 en 1935. Deze bestel driewieler was gebouwd op een standaard chassis. Hiervan bestonden diverse varianten, bijvoorbeeld met laadbak, of met twee deurtjes achter. Er is bijna geen enkele bewaard gebleven.
Super Sports
Gebouwd van 1927-1939. Morgan bouwde in 1927 een Aero met een aangepaste motor en carrosserie en noemde het een Super Sports Aero of Super Sports. In 1932 kreeg de driewieler een drie versnellingsbak. Vanaf 1933 werden de J.A.P-motoren verwisseld voor de Matchless MX, MX2 en MX4
Sports Model
Gebouwd van 1932-1939.
Dit model verving de Aero. Men had de keuze uit geen deuren, een ééndeurs of tweedeursuitvoering. In 1932 uitgevoerd met een J.A.P-motor, later werd dit de Matchless MX, MX2 en MX4-motor.
Model “F-4”
Gebouwd van 1933-1952.
De “F-4” was gebouwd op een geheel nieuw chassis met een vier cylinder in lijn 8 pk Ford model “Y”motor.
Modelaanpassingen vonden plaats in 1935 en 1938.
Model “F-2”
Gebouwd van 1935-1938.
Een tweezitter carrosserie op een vierzitter chassis met een 8 pk of 10 pk Ford model “Y”motor. Hij werd verkocht zonder deuren of alleen een deur aan de passagierszijde.
Model “F” Super
Gebouwd van 1938-1952.
De “F” Super was gebouwd op een nieuw chassis en voorzien van een Ford 8 of 10 pk motor. Hij was te koop met twee deuren of alleen een deur aan de passagierszijde
Super 3, de nieuwe Morgan
De Morgan Super 3 zet een traditie van 113 jaar driewielige Morgans verder, met een nieuwe design taal en met de lange Morgan traditie van ‘doing things differently’. Er zijn nog zekerheden in het leven.
Volgens Morgan is alles nieuw aan de Super 3, zowel de naam, de mechaniek, het uiterlijk en de uitgebreide optielijst.
Het hart van de eigenheid van de Super 3 schuilt in zijn rij-eigenschappen. Het nodigt je uit om achter het wiel te kruipen en reizen te maken die je nooit voor mogelijk had gehouden. Het is een product van eigen personeel in samenwerking met externe technische partners. Het voertuig kan je naar hartenlust configureren om je er van te verzekeren dat het zo individueel wordt als je zelf bent.
In de nieuwsbrief van de MMC van 21 oktober 2022 lezen we dat de Super 3 volop in productie is. De eerste wagens hebben de fabriek verlaten en zijn op weg naar dealers in Europa.
DE HISTORIE VAN DE VIERWIELERS
1936
Vlak vóór de eerste wereldoorlog is het eerste prototype Morgan met vier wielen gemaakt. Deze auto had een Dorman 4 cilinder- motor. Maar hij werd nooit in productie genomen. In 1935 werd het voornemen om een voertuig met vier wielen te maken hervat. De productie van de beroemde Morgan 4 – 4 (duidend op de vier wielen en vier cilinders) begon in 1936. De gebruikte motor was een 1122 cc Coventry Climax motor met 34 pk, een maximum snelheid van ca. 130 km/h en een acceleratie van 0 tot 100 km/h in 28,4 sec.
1938
Aan de reeds beschikbare tweezitter en de sinds 1937 geproduceerde vierzitter auto’s werd in 1938 de dropheadcoupé toegevoegd. Tot 1939 werden 663 tweezitters, 99 vierzitters en 58 dropheadcoupés gemaakt.
1939/45
Tijdens het grootste deel van deze periode was de fabriek van Morgan betrokken bij de vervaardiging van luchtafweergeschutonderdelen en landingsgestelcomponenten.
1945
Na de oorlog werd in juli de productie hervat. De fabriek had toestemming gekregen om voor het eind van het jaar 50 driewielers en 75 vierwielers te bouwen. Dit aantal werd echter niet gehaald! De 4/4 die toen werd gemaakt was voorzien van een 1267 cc Standard Special motor, met 38,8 pk (reeds geïntroduceerd in 1939). Er werd gebruik gemaakt van een Moss transmissie in plaats van de Meadows versnellingsbak.
Van 1946 tot en met 1950 werden in deze uitvoering 249 tweezitters, 140 vierzitters en 106 drophead coupés gemaakt.
1947
In dit jaar bracht de Standard Motor Company de Morgan fabriek op de hoogte van het feit dat na 1949 de 1267 cc motor niet meer beschikbaar zou zijn i.v.m. hun nieuwe bedrijfsfilosofie die uitging van het vervaardigen van één soort motor.
1949
In 1949, met in het vooruitzicht dat de 1267 cc motor niet langer beschikbaar zou zijn, bouwde Morgan een prototypeauto met een Vanguard 1,8 liter motor.
1950
Deze in 1949 ontwikkelde Morgan werd in 1950 geïntroduceerd als de “Plus Vier”. De uiteindelijk toegepaste motor was de Vanguard met 2088 cc, die 68 pk leverde. Dit gaf antwoord op de veelgevraagde prestatieverhoging. Hiertoe werd het chassis versterkt, de ophanging aan de voorzijde verbeterd en werden hydraulische Girling remmen toegepast. De auto was een direct succes! De acceleratie van 0 tot 100 km/h was 17,9 seconden en hij had een topsnelheid van 136 km/h. Het nadeel van een motor met een inhoud van meer dan 2 liter was wel dat er in diverse vormen van competitie tegen krachtiger wagens gestreden moest worden. Gelukkig werd dit in 1954 rechtgezet toen de TR2 beschikbaar kwam.
1954
De Vanguard motor werd vervangen door de Triumph TR2 met 1992 cc, die 90 pk leverde bij 4800 toeren. De acceleratie was 0 tot 100 km/h in 13,3 sec en de topsnelheid ruim 160 km/h. De radiator werd verborgen onder de carrosserie om de aerodynamica te verbeteren. Zo ontstond het karakteristieke front dat elke Morgan zo kenmerkt. Tegen meerprijs was ook verwarming in de auto mogelijk.
In 1954 en 1955 was er een speciale versie van de Drophead Coupé verkrijgbaar met vier zitplaatsen. Daarvan zijn er 51 gemaakt. Ze worden tegenwoordig “Snob Mogs” genoemd.
1955
In dit jaar werd de Morgan 4/4 opnieuw geïntroduceerd als de Series II en voorzien van een Ford 100 E motor met 1122 cc, drie-versnellingen en 36 pk. De auto werd verkocht als een sportauto met prima prestaties en een verschijningsvorm voor enthousiastelingen met een bescheiden beurs. Enigszins op zijn gemak deed de auto over 0 tot 100 km/h: 29,4 seconden!
Morgan adverteerde de 4/4 series II als goedkope sportwagens die je zelf gemakkelijk kon modificeren. De productie van de Series II Morgans liep door tot eind 1960. In totaal werden er 386 verkocht.
1956
De motor van de Triumph TR2 in de Morgan Plus 4 werd vervangen door de TR3 met 100 pk. De auto kon ook worden geleverd met een lichtgewicht aluminium carrosserie. Hij was dan uiterst snel.
1959
De prestaties en de veiligheid worden vergroot door de toepassing van 11 inch Girling schijfremmen. Spaakvelgen komen beschikbaar.
1960
Met het afscheid van Ford 100E motor lanceerde Morgan de 4/4 Series III met de nieuwe motor 105E van de Ford Anglia, met 997 cc, 39 pk en een vierversnellingsbak. Het was het model ter gelegenheid van het 50 jarig bestaan. In productieperiode van oktober 1960 tot november 1961 werden slechts 58 stuks gemaakt.
1961
Morgan kondigde de introductie aan van de Morgan Plus 4 SuperSport met een speciaal getuned motor van de Triumph TR met 116 pk bij 5500 toeren. De auto had een maximum snelheid van 185 km/h.
De Morgan 4/4 Series III werd vervangen door de Series IV met een krachtigere motor van 1340 cc en 23 pk meer dan zijn voorganger was afkomstig van de Ford Consul.
Ook deze uitvoering kende slechts een korte bestaansperiode van oktober 1961 tot en met maart 1963. Er werden er in deze periode 114 stuks van vervaardigd. Met een totaal van 62 pk en een 4-versnellingbak van Ford was de Series IV een snelle auto.
1962
Een Plus 4 die door Chris Lawrence was geprepareerd en die door Chris Lawrence en Richard Shephard-Baron werd gereden won de 2 literklasse tijdens de 24 uur uurs race van Le Mans. Zij legden een totaal afstand van ruim 3600 km af bij een gemiddelde snelheid van 150 km/h. De gehele race werd slechts op één set banden gereden. Elke pitstop werd gebruikt voor de rijders wissel, benzine tanken en olie checken. Aan deze omgebouwde Plus 4 als prototype dankt de Plus 4 Super Sports in feite zijn bestaan.
1963
De Morgan 4/4 Series V werd in februari 1963 geïntroduceerd en geproduceerd tot maart 1968 met een Ford Cortina 116 E motor met 1498 cc en 65 pk. De Ford vier-versnellingsbak was nog steeds standaard. Er werden in deze periode 639 exemplaren van verkocht.
De Morgan Plus 4 Plus werd gelanceerd tijdens de 1963 Earl’s Court Motor Show. Gepresenteerd werd een radicaal gestileerde carrosserie van glasvezel op een versterkt Plus 4 chassis en voorzien van een motor van de Triumph TR4 met 2138 cc met 105 pk. bij 4750 toeren. Hij had een topsnelheid van rond 160 km/h. Het was de eerste Morgan met een gebogen voorruit en draai zijramen. De auto sprak de traditiegetrouwe Morgan koper niet aan en de productie werd twee jaar later gestaakt nadat 26 auto’s waren verkocht.
1966
In dit jaar naderde de motor van de Triumph TR het eind van zijn leven en de Morgan Motor Company begon met het zoeken naar een vervanger. De Rover Motor Company bood de in ontwikkeling zijnde aluminium V8 motor aan en Maurice Owen sloot zich aan bij Morgan om de leiding van de ontwikkeling van een nieuwe auto op zich te nemen, de Plus 8.
1968
De Morgan Plus 8 werd voorgesteld aan het publiek tijdens de 1968 Earl’s Court Motor Show. Met een van de Buick afgeleide Rover V8 motor met een inhoud van 3529 cc en 160 pk bij 5200 toeren per minuut was de auto een revolutie. Met een Moss Gear vier-versnelling bak bereikte deze een topsnelheid van 200 km/h en 0 tot 100 in 6,7 seconden. DeMorgan 4/4 Series V kregen een Ford Kent motor met 1599 cc de Morgan 4/4 1600. Een wedstrijduitvoering was ook beschikbaar met de 1600 GT versie van de motor.
De Ford Kent motor was beschikbaar in diverse uitvoeringen: er was een 2737 E met 70pk en een 2737 GT en 2265 E met elk 95,5 pk. In de periode 1968 tot maart 1982 werden 3513 exemplaren verkocht.
1969
De Morgan Plus 8 wordt voorzien van dubbele uitlaatpijpen.
1970
De Plus 8 krijgt typegoedkeuring in de VS.
1971
Alle Morgan 4/4 auto’s worden voorzien van de Ford 1600GT motor, die eerder in het wedstrijdmodel was toegepast.
1972
De Morgan Plus 8 wordt uitgevoerd met de volledig gesynchroniseerde 4-versnellingen Rover versnellingsbak.
1975
Er wordt naast het standaardmodel nu ook een Plus 8 lichtgewicht sportuitvoering op de markt gebracht. Er werden slechts 19 exemplaren in deze uitvoering verkocht.
1976
De Plus 8 krijgt de Rover SDI motor en de Rover 5-versnellingsbak. De auto wordt verbreed tot 155 cm om ruimte te krijgen voor de 6 x 14 inch wielen. De motor heeft 155 pk bij 5250 toeren.
1981
De Morgan 4/4 Twin Cam wordt als alternatief model uitgebracht met Fiat’s 1600 motor met dubbele nokkenas.
1982
De Morgan 4/4 wordt nu voorzien van een Ford CVH motor met 1597 cc van de Ford Escort XR3 (met aanpassingen om een montage in lengterichting mogelijk te maken) en een versnellingsbak van de Ford Cortina. De motor heeft 96 pk bij 6000 t/min.
De auto deed er ongeveer 10 seconden over om van 0 tot 100 km/h te komen.
1983
Brandstofinspuiting wordt een optie op de Plus 8. De auto beschikt nu over 190pk bij 5280 t/min. De Morgan 4/4 wordt voorzien van de Ford Capri/Sierra 5-versnellingsbak.
1985
De Morgan Plus 4 wordt opnieuw geïntroduceerd, uitgevoerd met een Fiat 2,0 liter ingespoten motor met dubbele nokkenas, 5-versnellingsbak en spaakvelgen in Cobra stijl. De auto heeft 122 pk bij 5300 t/min en een maximumsnelheid van rond 180 km/h.
1987
De brandstof ingespoten motor wordt standaard op de Morgan Plus 8
1988
De Plus 4 wordt geïntroduceerd met een Rover 2,0 liter M16 motor en een Rover 5-versnellingsbak. Met deze motor wordt het aantal pk’s verhoogd tot 140 bij 6000 t/min.
1990
Spaakwielen worden standaard op de 4/4’s. De Plus 8 wordt uitgevoerd met de Rover 3,9 l. motor uit de Range Rover Vogue SE met 190 pk bij 4750 t/min.
1991
De Plus 8 krijgt Gabriel telescopische schokdempers achter ter vervanging van de hefboomarm schokbrekers. De 4/4 wordt uitgevoerd met Ford’s 1600 brandstof ingespoten motor en een 5-versnellingsbak. De Plus 4 krijgt eveneens het bredere chassis van de Plus 8.
1992
Bij de plus 4 wordt de Rover M16 vervangen door de T16 motor van Rover.
1993
De 4/4 wordt nu uitgevoerd met Ford’s 1800 Zetec motor en een 5-versnellingsbak. De auto beschikt over 114 pk bij 5750 t/min. De topsnelheid is rond 180 km/h en van 0 tot 100 km/h is ongeveer 7,8 seconden nodig.
De Plus 8 is nu beschikbaar met spaakwielen als fabrieksoptie.
1994
De Plus 4 en Plus 8 worden uitgevoerd met Rover’s verbeterde R380 versnellingsbak.
1997
De 4.6 litermotor wordt een optie voor de Plus 8, 220 pk bij 5000 t/min.
Een aantal productieverbeteringen wordt geïntroduceerd met inbegrip van aluminium spatborden (behalve bij de 4/4), langere deuren, her ontworpen interieur vanwege het plaatsen van de airbags en het gebruik van over het algemeen betere materialen.
1999
De vierzits versie van 4/4 wordt opnieuw uitgebracht, nu met achter kuipstoelen in tegenstelling tot de vroegere achterbank.
2000
Het niet langer meer beschikbaar zijn van Rover’s T16 motor betekent het einde van de Morgan Plus 4.
Tijdens de Autosalon in het Zwitserse Genève wordt de Aero 8 geïntroduceerd .
Voorzien van een niet eerder vertoonde aluminium chassis, geheel onafhankelijke wielophanging en aangedreven door een 4,4 liter BMW V8 motor die 286pk leverde bij 5500 t/min, was dit wel erg radicaal afwijken van de traditioneel gebouwde Morgans. Zijn vormgeving was controversieel. De prestaties waren 0 tot 100 km/h in 4,8 seconden en een topsnelheid van 240 km/h.
2002
De Aero 8 GT (N) raceauto werd voor het eerst gepresenteerd tijdens de autoshow Autosport International in het Engelse Birmingham. Aangedreven door een door de Zwitser Heinri Mader geprepareerde ‘dry-sump’ BMW M62 V8, met een water/oliewarmtewisselaar beschikte deze auto over 500 pk bij 6900 t/min.
De Morgan Le Mans ‘62 herdenkingsuitgaven kwamen beschikbaar in Plus 8 en 4/4 versies. Van elke versie werden er 40 gemaakt. Morgan kwam terug op Le Mans met de DeWalt/RSS Aero 8 GT (N), maar door motorpech werd na 17,5 uur de strijd opgegeven.
2003
Een nieuw instapmodel werd gepresenteerd: de Runabout. Deze was beschikbaar in 3 standaardkleuren en zonder verdere keuze opties. De prijs van de Runabout lag ca.10% lager dan van de 4/4.
De auto is herkenbaar door het verminderde aantal motorkap- ventilatieopeningen.
Na 35 jaar van productie kondigde Morgan de Anniversary Plus 8 aan. Rond 200 exemplaren van deze versie werden verkocht.
Een “Limited edition” van de Aero 8 GT Coupé werd eveneens aangekondigd. Er zouden er 15 van worden gemaakt, maar het zijn er niet meer dan 11 geworden.
2004
De nieuwe USA Specification Aero 8 werd geïntroduceerd tijdens de Los Angeles Motorshow van 2004. Nu voorzien van de recentste BMW M62 V8 motor, had deze ook een bredere carrosserie en een iets gewijzigde achterkant.
Ten gevolge van het niet in staat zijn te voldoen aan de gangbare luchtverontreinigingregels werd afscheid genomen van de Rover V8 motor en dat betekende dat ook de allerlaatste Plus 8’s waren gebouwd.
In een productietijd van 36 jaar is de Morgan Plus 8 het best verkochte model geweest. In totaal zijn circa 6000 stuks verkocht.
Morgan kwam na de teleurstelling van 2003 terug naar Le Mans. De Aero 8 finisht weliswaar in de 24 uurrace maar slaagt er niet in om voldoende rondes af te leggen.
De productie van de Runabout wordt gestopt.
Op de Britse Motor Show 2004 wordt als de vervanger van de Plus 8 de Morgan Roadster voorgesteld.
Aangedreven door Ford’s 3,0 liter V6 motor van de Ford Mondeo ST220, met 225pk, heeft deze auto een acceleratie van 0 tot 100 km/h in 4,9 seconden en een topsnelheid van 215 km/h. Een licht- gewicht versie van de Roadster wordt eveneens geïntroduceerd. Met een gewicht van ongeveer 850 kg en met een motor met ongeveer 248 pk beloofde dit een auto te worden met gigantische prestaties.
De Morgan Plus 4 wordt opnieuw aangekondigd nu met de meest recente 2,0 liter Ford Duratec motor. Met 145 pk overbrugt deze de kloof tussen de 4/4 en Roadster.
2005
De productie van de Plus 4 – vierzitter wordt hervat en loopt tot begin 2006. De North Amercan Roadster wordt aangekondigd. Slechts 82 exemplaren zijn tussen december 2005 en februari 2006 voor levering beschikbaar. De standaarduitrusting bevat bestuurder- en passagiersairbags, airconditioning, leerstoffering, inklapbare en verstelbare sportstoelen, roestvrijstalen spaakwielen, notenhouten dashboard en zelfs chromen deurhandvatten!
De unieke Morgan Aeromax wordt besteld door Prince Eric Sturdza, President van de Banque Baring Brothers Suisse. Het LIFECar Project wordt aangekondigd; dat belooft binnen drie jaar brandstofcel sportauto’s met hoge prestaties te zullen laten zien.
2006
De Morgan 4/4 70th Anniversary Edition wordt uitgebracht. Er worden 142 auto’s gebouwd – twee auto’s voor elk jaar van zijn productieleven. Elke auto kenmerkt individueel het jaar dat hij vertegenwoordigt en is afgewerkt in de stijl uit die periode.
De nieuwe Aero 8 wordt gepresenteerd. De opvallendste verandering was de restylede voorzijde, waarvan erg veel trekken overeenkomen met de lijnen van de AeroMax Coupé, zoals die schitterde op de autosalon van Genève in 2005. De geheel uit aluminium gemaakte auto vertoont nu meer de lijnen van de traditionelere Morgan. Aangedreven door een BMW 4,4 liter V8 325 pk motor was 0 tot 100 km/h haalbaar in minder dan 4,5 seconden.
Een nieuwe Morgan vierzitter wordt uitgebracht. De Morganfans hadden er niet voor niets lang op gewacht, want de nieuwe vierzitter had veel nieuwe specificaties en opties en voor het eerst in zijn 70-jaar geschiedenis ook motorkeus. De Morgan vierzitter was nooit eerder beschikbaar geweest met een uitzonderlijke motor. Onthuld op de Autosalon van Genève, introduceerde Morgan een versie met 223 pk, die dit model de grootste kracht – gewichtsverhouding gaf van om het even welke open vierzitter op de markt.
Twee motorvarianten waren beschikbaar, een stoere 145 pk 2,0 l in de Plus 4-vierzitter en een vlotte en krachtige 3,0 V6 in de Roadster-vierzitter, allebei versies van de goed gebleken Ford’s Duratecmotor. Goede prestaties, zuinigheid en betrouwbaarheid maken het zuivere praktische aspect van dit nieuwe model compleet.
Een beperkte reeks van slechts 100 individueel genummerde Aero- max coupés werd aangekondigd in juni 2006. Van deze auto’s worden er één of twee per week gebouwd en de laatste zal uitkomen in het jaar van het honderdjarig bestaan van de Morgan: 2009.
2007
In dit jaar geen nieuwe modellen, wel is de fabriek bezig met een nieuw prototype althans zo gaan de geruchten. Dit model zou getoond gaan worden op de Autosalon van Geneve. In december gaat de fabriek de vanaf het begin gebruikte Morgan Wing (logo) aanpassen. Dit is niet wat de Morgan puristen verwacht hadden maar de fabriek gaat toch voor een moderner uitvoering.
2008
Tijdens de Autosalon van Geneve wordt de al eerder aangekondigde LifeCar gepresenteerd. Dit is ook de eerste keer dat de nieuwe Morgan Wing op de auto is te zien.
2009
Enorm was het feest ter ere van het 100-jarig bestaan van Morgan. Dit werd gehouden in Cheltenham, niet ver van Malvern.
Er kwamen ruimschoots 3200 Morgans opdagen, letterlijk uit alle windstreken van de wereld. Diverse Amerikaanse Morgan-eigenaren hadden hun Morgan naar Engeland laten brengen. Datzelfde gold ook voor minstens één Australische en één Nieuw-Zeelandse Morgan.
De meeting had een Nederlands tintje doordat er veel Nederlanders aanwezig waren. De grootste verzameling van het type +4 Super Sports ooit werd geëerd door een speciale display voor de officiële ingang. Er waren 11 stuks aanwezig. Aan de overkant van het pad stond een display van de moderne tegenhanger, de Le Mans 62, daterend uit 2002.
Nieuw in 2009 was de 4/4 Sport, zonder reservewiel en met meer opbergruimte. Dit werd en is nog steeds een succesnummer in de Classic Range, zoals Morgan tegenwoordig haar traditionele modellen noemt.
2010
Het modellengamma op Aero basis werd uitgebreid met de Aero Coupé. Dit is in feite dezelfde auto als de Aero Supersports, maar dan met vast dak, in plaats van een afneembaar dak. Van de zijkant heeft de wagen veel weg van de Aero Max. Beide modellen zijn uitgerust met de 4.8 liter BMW motor, naar keuze met een 6-traps automatische versnellingsbak of handbak.
Eén van de vele optionele extra’s was een bijpassende driewieler trapauto!
2011
Morgan’s nieuwe succesnummer greep terug naar het grijze verleden. Dit was de uit de dood herrezen 3-Wheeler, in een nieuw jasje. Aangedreven door een 2.0 liter V twin motor, gekoppeld aan een Mazda MX5 5-versnellingsbak, staat dit apparaat garant voor een bloedstollende acceleratie en onmiddellijke aandacht van iedereen in de nabijheid!
Dit model bleek een dermate succes dat reeds vroeg in 2014 het 1000e exemplaar gereed was! Deze wagen werd voorzien van alle namen van de medewerkers van Morgan en is niet te koop.
2012
Dit was het jaar waarin de Morgan klassenzege op Le Mans in de 2-liter klasse inmiddels 50 jaar achter ons lag. Dit werd op grootse wijze herdacht, in Frankrijk, maar ook in Nederland. Dit werd gecombineerd met de viering van 40 jaar MSCCH. De enige nog levende bestuurder van de Morgan in 1962, Richard Shepherd-Barron, gaf acte de présence in Nederland, evenals een flinke delegatie van de Morgan fabriek. Nog nooit eerder waren zoveel Morgans bijeen op een clubevenement buiten Engeland!
Morgan’s modellengamma was grotendeels terug bij de “trads”. Van zowel de 4/4, +4 als de Roadster was nu een sportversie, zonder reservewiel. De Roadster had inmiddels de 3.7 liter Ford Cyclone motor onder de kap. De “trads” hadden nu alle een gegalvaniseerd chassis. Terug van weggeweest was de +8. Deze ziet er uit als de prototypes voor de Aero 8, eind jaren ’90! De +8 deelt het chassis dat van de Aero 8 series komt, alsmede de 4,8 liter BMW motor + versnellingsbak en komt daarmee tot ijzingwekkende prestaties.
2013
Morgan ondergaat langzaam maar gestaag een structuurwijziging. Voor diverse activiteiten komen verschillende vennootschappen. Aero Racing is bijvoorbeeld opgericht voor de bouw van auto’s die op competitie zijn gericht, maar ook voor “custom” auto’s.
Schokkend voor velen is het plotselinge vertrek van Charles Morgan bij het bedrijf wat zijn naam draagt. Een diepgaand verschil van inzicht ligt hieraan ten grondslag. Niettemin blijft Morgan een familiebedrijf, zowel qua aandelenbezit als qua bezetting door werknemers. In veel gevallen werken 2 of meer personen uit één familie bij Morgan.
2014
De geleidelijke ontwikkeling van de modellen gaat gewoon door en de verkopen blijven doorgaan, ondanks de economische crisis. Zodra deze teneinde loopt, zal Morgan dat ongetwijfeld gaan merken door de toenemende vraag. Nieuwe markten worden ontplooid (China bijvoorbeeld) en bestaande markten worden zoveel mogelijk verstevigd. Op grootse wijze werd herdacht dat Morgan 100 jaar geleden de fabriek aan de Pickersleigh Road betrok. Afgezien van het feit dat deze nog steeds dagelijks in gebruik is, dient deze tevens als grote toeristische trekpleister. Het aantal jaarlijkse bezoekers is enorm! Voor heel 2014 worden 25.000 bezoekers verwacht. Het jaar 2014 was ook het jaar dat nieuwe ontwikkelingen de Morgan wereld verrasten. Het was het jaar van de introductie van de gelimiteerde (60 stuks) Plus8 Speedster.
Ook verscheen de eerste Morgan van de afdeling Special-Projects, de SP1. Speciaal voor een klant ontworpen met als basis het eerdere studie model van de Morgan Life Car en het chassis, motor, versnellingsbak en achteras van de Roadster (3,7 l. V6) en ook verder geheel naar de wens van de klant gebouwd.
Halverwege het jaar voert Morgan nog enkele technische wijzigingen door aan de 3-Wheeler en noemt dit ‘model year 14’. Uiterlijk slechts herkenbaar aan de extra louvres in de achterzijde van de carrosserie, maar onderhuids veranderde er veel. Grootste aanpassingen waren aan het chassis en de stuurinrichting veranderde. De ophanging van de haakse overbrenging, van cardanas naar aandrijfriem, werd aangepast en een koelfan voor de motor werd standaard.
2015
In begin 2015 werd in Nederland de Morgan import binnen de Louwman organisatie verplaatst van BV Nimag naar Louwman Exclusive. Hierdoor plaatste Louwman het merk in één van de bekendste showrooms van Nederland naast iconische merken als Maserati en McLaren. Deze verhuizing, waarbij de gespecialiseerde Morgan werknemers ook overstapten, zorgde voor een enorme stijging van animo en sindsdien zijn de verkoopaantallen dan ook vele malen hoger geworden.
Tijdens de autoshow van Genève introduceert Morgan de nieuwe versie van de Aero8, officieel de vijfde serie. Hierdoor is de Aero weer een volledig cabriolet geworden en verdwijnen de Aero Super Sport en Aero Coupé uit het programma. Aan de voorzijde verandert er weinig aan het uiterlijk maar de boattail vormgeving aan de achterzijde is een grote verandering ten opzichte van de voorgaande Aero8. Naast de uiterlijke veranderingen zijn er ook enkele technische wijzigingen doorgevoerd. Zo is er gekozen voor een minder complexe double-wishbone wielophanging die de Aero een comfortabeler weggedrag geeft. Morgan maakt ook bekend een elektrische variant van de 3-Wheeler te ontwikkelen waarvan een eerste prototype in Goodwood tijdens het Festival of Speed wordt getoond. Het vijftigjarig bestaan van de Morgan Plus4 wordt ge- vierd door de racedivisie Aero Racing, die een gelimiteerd aantal bijzondere Plus4’s uitbrengt genaamd ARP4 (Aero Racing Plus4). Deze auto’s, herkenbaar aan de LED-koplampen, beschikken over een door Cosworth getunede 2-liter viercilinder motor met 225 pk en hebben een zogenaamde 5-link achtervering in plaats van de bladveren. Vanwege enkele vertragingen in het productieproces worden de meeste ARP4’s pas in 2016 geleverd.
2016
Het tachtigjarig bestaan van de Morgan 4/4 wordt gevierd met wederom een speciale uitvoering genaamd ‘80th Anniversary’. Deze gelimiteerde uitvoering (80 stuks) is uitgevoerd met speciale velgen, koperkleurige details, Box Weave tapijten, mat houten dashboard en is leverbaar in 3 carrosseriekleuren; two-tone Dark & Almond Green, Saxe Blue & Dark Red.
Tevens start in 2016 de productie van de nieuwe Aero8 na een uitvoerig testprogramma. De Morgan Plus8 krijgt vanaf september 2016 ook de nieuwe wielophanging van de Aero8.
Door veranderingen in de Europese typegoedkeuringen besluit Morgan vanaf november 2016 de Morgan 4-seater modellen uit het programma te nemen. De laatst gebouwde 4-seater is toegevoegd aan de collectie van de Morgan Motor Company.
2017
Dit jaar geen nieuwe modellen maar wel ander goed nieuws, Morgan wordt weer eigenaar van het fabrieksterrein wat men in 2006 noodgedwongen heeft moeten verkopen om zo te kunnen investeren in nieuwe producten en ontwikkelingen.
Na enkele zeer succesvolle jaren waarin Morgan recordwinsten maakte kon men zowel het Pickersleigh Road terrein als mede het 2009 in gebruik genomen Visitors Centre aanschaffen. Deze stap bood een stevige basis voor een gezonde toekomst.
Vanuit de Morgan Motor Company wordt Louwman Exclusive benoemd tot Europees Dealer van het jaar.
2018
Ook Morgan ontkomt niet aan de steeds belangrijker wordende milieueisen. Dit is één van de redenen om aan te kondigen dat ze zullen stoppen met het produceren van Morgans met V8 motoren, juist in het jaar dat de Morgan Plus8 zijn 50ste verjaardag viert.
Om de V8 uit te zwaaien introduceert men een finale serie van 50 stuks van de Plu8, de 50st Anniversary en een serie van slechts acht stuks van de Aero, genaamd Aero GT. De limited Plus8 was verkrijgbaar als een Speedster type in een helblauwe kleur met slechts twee Brookland screens als voorruitjes, of als Classic convertible uitgevoerd in een diep donkergroen metallic kleur.
De bijzondere Aero GT kreeg met de hand uitgebouwde spatborden, extra louvres op de voorspatborden, een speciale diffuser aan de achterkant en werd naast de softtop geleverd met een speciale hard top. Twee van de Plus8’s en één van de GT’s werden in Nederland geleverd.
Verder geeft Morgan aan te stoppen met de ontwikkeling van de elektrische driewieler.
2019
Ter ere van het 110jarig bestaan van de Morgan Motor Company werden de speciale 110th Anniversary modellen geïntroduceerd van de Plus4, Roadster en 3-Wheeler. Men kon hun Morgan nog altijd volledig naar eigen smaak en wens samenstellen, waarbij enkele gangbare opties tegen gereduceerde prijzen werden aangeboden. Alle 110th modellen kregen een speciale badge op de carrosserie.
Na het verdwijnen van het Aero chassis werd in 2019 de eerste auto op het volledig nieuwe ‘CX Generation’ platform geïntroduceerd, de Morgan Plus Six. Het was de eerste Morgan met een Turbomotor, een drieliter zescilinderlijnmotor van BMW, die gekoppeld werd aan een acht traps ZF automatische versnellingsbak. Morgan benadrukt dat de Plus Six ondanks zijn herkenbare Morgan styling een volledig nieuw model is. Slechts 1% van de gebruikte onderdelen schijnt eerder in een Morgan gebruikt te zijn. Door de constructie van het nieuwe chassis weet Morgan maar liefst 20 cm meer beenruimte te creëren ten opzichte van de Plus8.
Op 5 maart 2019 werd bekend gemaakt dat ‘Investindustrial’ een meerderheidsbelang heeft genomen in de Morgan Motor Company. De familie Morgan zal als rentmeester voor het merk blijven handelen en behoudt een minderheidsbelang.
Daarnaast kregen voor het eerst in de geschiedenis het managementteam en alle werknemers een aandeel in het bedrijf en Morgan belooft zich te blijven richten op zijn klassieke nichesegment in de automobielsector, met maatwerk productie van met de hand gebouwde auto’s en men zal gebruik blijven maken van essenhout. Investindustrial belooft nauw samen te zullen werken met het huidige management en de Morgan familie om er zo voor te zorgen dat toekomstige ontwikkelingen van het bedrijf het unieke erfgoed zullen respecteren.
Evolutie vanaf 2020, het CX-platform tijdperk
Eind 2019 kondigt Morgan aan dat het ladderchassis uit 1936 in 2020 voor het laatst gebruikt zal worden. Met een laatste serie van slechts 20 Plus4’s viert men 70 jaar Plus4, maar deze auto’s bestempelen tevens het einde van een tijdperk.
Op de autoshow van Genève zou Morgan het vervolg tonen, de nieuwe Morgan Plus Four. Covid-19 gooit roet in het eten en men verhuist de introductie naar Malvern, zodat deze nieuwste telg alsnog getoond kan worden.
De Plus Four is gebaseerd op het CX-platform wat een jaar eerder werd geïntroduceerd voor de Plus Six. Voor de benaming verandert Morgan het cijfer 4 naar het geschreven Four. De Plus Four krijgt een viercilinder motor met turbo van BMW die 258 pk en 400Nm koppel levert. Standaard voorzien van een handgeschakelde zes-versnellingsbak en optioneel verkrijgbaar met acht-traps automaat met schakelflippers aan het stuurwiel. De Plus Four is iets smaller dan de Plus Six en heeft nagenoeg dezelfde beenruimte. Door de smallere carrosserie en doordat er echte spaakvelgen leverbaar zijn, oogt de Four klassieker dan zijn grote broer.
In 2020 bouwt Morgan speciaal voor de Nederlandse markt een zeer klein aantal van de exclusieve ‘LE60’ modellen, ter ere van het 60-jarig partnerschap tussen Louwman en Morgan. Het betreft twee verschillende varianten van de Plus Six en één versie van de 3-Wheeler, allen herkenbaar aan het gebruik van goud/gele accenten en speciale carrosseriekleuren. Samengesteld in nauwe samenwerking tussen Louwman Exclusive en de designafdeling van de Morgan Motor Company.
De daaropvolgende jaren zet The Morgan Motor Company zijn programma van voertuigverbetering voort met een groot aantal upgrades voor zijn Plus-modellen. De updates komen gezamenlijk als onderdeel van Morgan’s Model Year ’22 (MY22) -pakket dat er komt na feedback van klanten en pers. Het weerspiegelt de wens van Morgan om zijn product te ontwikkelen en tastbaar voordeel voor de klant te bieden.
De upgrades omvatten onder meer:
- een geheel nieuw kapontwerp om de bruikbaarheid, de geluidsisolatie en de bescherming tegen weersinvloeden te verbeteren.
- een opnieuw ontworpen ‘wing-badge’, de eerste update in meer dan tien jaar
- comfortabeler stoelen met ergonomische zitkussens in de basis en rugleuning, evenals verbeterde zijdelingse ondersteuning.
- een optioneel verkrijgbaar afsluitbaar opbergvak achter de bagageruimte
- extra interieurverlichting met LED lampen
- een dubbele USB-aansluiting en Bluetooth-audioconnectiviteit
Ook in 2023 voert Morgan een aantal upgrades door zoals een geheel nieuw remsysteem Electronic Stability Control (ESC), een vernieuwd interieur en een nieuw audio systeem.